Hoeveel gaat cao omhoog in 2024?

Cao-lonen schieten omhoog in 2024: Forse stijgingen zetten trend voort

De cao-lonen hebben in 2024 een flinke groeispurt doorgemaakt. Vanaf de tweede helft van 2023 is een duidelijke opwaartse trend zichtbaar, met een gemiddelde kwartaalstijging van meer dan 6,2 procent. Deze ontwikkeling zet zich door in de eerste maanden van 2024, al zijn precieze cijfers voor het eerste en tweede kwartaal nog niet definitief beschikbaar. Wel wijzen voorlopige data en analyses op een voortzetting van de stijgende lijn.

De forse stijgingen zijn opvallend. In het vierde kwartaal van 2023 bedroeg de toename 6,5 procent ten opzichte van hetzelfde kwartaal in 2022. Het derde kwartaal van 2023 sprong er echter bovenuit met een recordgroei van 6,9 procent. Deze ongekende stijgingen weerspiegelen de inspanningen om de koopkracht van werknemers te behouden te midden van de aanhoudende inflatie en de krappe arbeidsmarkt.

Verschillende factoren spelen een rol in deze ontwikkeling. De hoge inflatie dwingt werkgevers en vakbonden tot hogere looneisen en -aanbiedingen om de koopkracht van werknemers te beschermen. Tegelijkertijd zorgt de aanhoudende krapte op de arbeidsmarkt ervoor dat werkgevers aantrekkelijke salarissen moeten bieden om personeel aan te trekken en te behouden.

Het is belangrijk om te benadrukken dat het genoemde gemiddelde van 6,2 procent een indicatie is. De daadwerkelijke loonstijging kan per sector en cao aanzienlijk verschillen. Sectoren met grote personeelstekorten, zoals de zorg en het onderwijs, laten vaak hogere percentages zien. Ook de specifieke afspraken binnen een cao, zoals eenmalige uitkeringen of verbeterde secundaire arbeidsvoorwaarden, beïnvloeden de totale beloningsgroei.

De verwachting is dat de cao-lonen in de rest van 2024 onder druk zullen blijven staan. De inflatie blijft een belangrijke factor, en de krapte op de arbeidsmarkt zal naar verwachting aanhouden. De toekomstige ontwikkeling van de cao-lonen zal afhangen van de economische situatie en de onderhandelingen tussen werkgevers en vakbonden. Het blijft dus essentieel om de ontwikkelingen op de voet te volgen.