Hoe lang kan de Belastingdienst belasting terugvorderen?
De Belastingdienst heeft doorgaans vijf jaar de tijd om een navorderingsaanslag op te leggen. Deze periode start na afloop van het betreffende belastingtijdvak, meestal een kalenderjaar, of vijf jaar na het ontstaan van de belastingschuld zelf. Dit geeft de fiscus de ruimte om eventuele onjuistheden te corrigeren.
Hoelang kan de Belastingdienst belasting terugvorderen? De vijfjaarsregel en uitzonderingen
De vraag hoelang de Belastingdienst belasting kan terugvorderen is voor veel mensen relevant. Het simpele antwoord is: meestal vijf jaar. Echter, deze vijfjaarsregel kent nuances en uitzonderingen die het beeld complexer maken. Laten we dieper duiken in de regels rondom navordering.
De Belastingdienst beschikt over een wettelijke termijn om een navorderingsaanslag op te leggen. Deze termijn bedraagt doorgaans vijf jaar, gerekend vanaf het einde van het belastingtijdvak waarop de aanslag betrekking heeft. Is het belastingjaar 2022, dan heeft de Belastingdienst tot uiterlijk 1 januari 2028 om een navorderingsaanslag op te leggen.
Maar vanaf welk moment begint die vijfjaarsperiode precies te lopen? Dit is cruciaal. De periode begint niet altijd op 1 januari van het jaar volgend op het belastingjaar. De wetgeving is hierin specifiek: de termijn begint te lopen vanaf het einde van het belastingtijdvak of vijf jaar na het ontstaan van de belastingschuld zelf, afhankelijk van wat later is. Dit laatste punt is belangrijk bij bijvoorbeeld (on)bewuste fraude.
Voorbeeld: Stel, u vergeet in 2022 €10.000 aan inkomsten op te geven. De Belastingdienst ontdekt dit pas in 2026. De vijfjaarstermijn begint dan niet op 1 januari 2023 (einde belastingjaar 2022), maar op 1 januari 2027 (vijf jaar na het ontstaan van de belastingschuld). De Belastingdienst kan in dit scenario dus nog steeds een navorderingsaanslag opleggen in 2027.
Uitzonderingen op de regel: De vijfjaarsregel is niet absoluut. Er zijn situaties waarin de Belastingdienst langer dan vijf jaar de tijd heeft om een navordering op te leggen. Dit is met name het geval bij:
-
Opzet of grove schuld: Bij opzettelijke belastingontduiking of grove schuld aan de zijde van de belastingplichtige, vervalt de vijfjaarsregel. De Belastingdienst kan dan in principe onbeperkt terugvorderen. Het bewijs van opzet of grove schuld rust echter op de Belastingdienst.
-
Verzwijging: Ook bij het bewust achterhouden van informatie die relevant is voor de belastingaangifte, kan de vijfjaarsregel komen te vervallen.
-
Verjaring: Let wel: zelfs bij opzet of grove schuld geldt een algemene verjaringstermijn. Deze is, afhankelijk van de situatie, aanzienlijk langer dan vijf jaar, maar is geen onbeperkte termijn. De precieze duur is afhankelijk van de specifieke wetgeving en de feiten van het geval.
Conclusie: Hoewel de Belastingdienst doorgaans vijf jaar de tijd heeft om belasting terug te vorderen, is dit geen absolute garantie. Opzet, grove schuld en verzwijging kunnen de termijn aanzienlijk verlengen, of zelfs laten vervallen. Bij twijfel is het raadzaam om juridisch advies in te winnen. Dit artikel dient enkel als algemene informatie en is geen vervanging van professioneel juridisch advies.
#Belasting#Belastingdienst#TerugvorderingCommentaar op antwoord:
Bedankt voor uw opmerkingen! Uw feedback is erg belangrijk om ons te helpen onze antwoorden in de toekomst te verbeteren.