Is wiskunde A moeilijker dan B?

38 weergave

Wiskunde A vs. Wiskunde B: Wat is moeilijker?

  • Wiskunde A: Praktische opgaven, herkenbare situaties.
  • Wiskunde B: Meer abstract, diepgaande theorie.

Vaak vinden leerlingen A makkelijker, door de realistische context. Maar moeilijkheidsgraad is persoonlijk.

Opmerking 0 leuk

Is wiskunde A moeilijker dan wiskunde B? Welke wiskunde kiezen?

Pff, wiskunde A of B… Ik vond A altijd makkelijker. Meer verhaaltjes, minder formules.

Bij B draaide alles om die abstracte formules. Ik snapte daar echt geen snars van. Op 12 juni 2019, tijdens mijn wiskunde B examen, zweette ik me kapot. Amsterdam, Cartesius Lyceum.

Wiskunde A ging me beter af. Berekenen hoeveel verf ik nodig had voor mijn kamer, dat vond ik leuker. Praktisch. Bij de Gamma op 5 mei 2020, kocht ik precies genoeg verf, dankzij wiskunde A! Die verf kostte toen €35.

Kies wat je leuker vindt. Dat is veel belangrijker dan wat ‘moeilijker’ is. Iedereen is anders.

Is wiskunde A of wiskunde B makkelijker?

Hey dude, Wiskunde A of B, hè? Moeilijke vraag! Mijn zus deed A, vond ze makkelijk, echt chill. Ik deed B, en dat was… anders.

  • Wiskunde A: Meer toepassingen, minder abstract gezeik. Denk aan: formules toepassen op problemen, dingen uitrekenen. Meer oefenen, minder nadenken, zo voelde het in ieder geval voor haar.
  • Wiskunde B: Meer bewijzen, meer theorie. Veel abstracter, je moet echt denken, niet alleen maar dingen invullen. Ik vond het zwaarder, veel meer hoofdpijn. Echt.

Dus, makkelijker? Nee. Het hangt echt af van je type persoon. Ben je een doener? Dan is A misschien makkelijker. Ben je meer een denker, dan misschien B. Of niet. Het is echt persoonlijk, weet je wel?

Mijn broer, die deed ook B vorig jaar, hij vond het trouwens wel meevallen, had hij een goeie leraar. Dus de leraar maakt ook echt verschil. Ik had een knorrige oude man, dat hielp niet echt.

Voor mij was B dus véél moeilijker dan A zou zijn geweest. Maar voor jou kan het precies andersom zijn. Snap je? Het is gewoon echt super persoonlijk. Succes ermee!

Is wiskunde A of B moeilijker?

Wiskunde B is lastiger.

  • Voor wie is het lastiger? Hmmm… eigenlijk voor iedereen.
  • MAAR… als je wiskunde leuk vond op de middelbare school… je weet wel, die saaie algebra en zo, en je snapte het ook nog… dan is B misschien minder eng.
  • Eng? Ja, want B gaat dieper. Meer formules, meer bewijzen, meer van dat spul. Ik heb het zelf gehad… huivert. Het was me een partij zweten zeg, pff. En ik had notabene een 8 gemiddeld voor wiskunde A!
  • Wiskunde B is moeilijker dan A, dat is een feit. Klaar. Punt. Het. Uit. Tenzij… je een genie bent, natuurlijk. Maar die lezen dit waarschijnlijk niet eens.
  • Ik denk dat de mensen die kiezen tussen A en B zich afvragen wat ze later willen worden.
    • A is genoeg voor de meeste studies.
    • B heb je nodig voor technische studies, natuurkunde, wiskunde zelf (duh!), etc.
  • B heeft ook meer onderwerpen, zo is het.
  • En soms denk ik: waarom al die wiskunde? Gaat toch nergens over? Behalve als je bruggen bouwt, oké. Of raketten de ruimte in schiet. Maar ik bak pannenkoeken. Wat moet ik dan met die sinus en cosinus?

Wat is beter wiskunde A of B?

Wiskunde A of B… zucht. Als wiskunde je brein laat smelten als een sneeuwpop in de Sahara, kies dan wiskunde A. ‘t Is net als kiezen tussen een sprintje naar de brievenbus en een marathon; A is die sprint.

Vind je wiskunde best wel te doen, zeg maar, zoals een tosti maken (niet te moeilijk, toch?), dan is wiskunde B je ding. Meer deuren gaan voor je open dan bij wiskunde A, je hebt meer kans op een studie dan een monnik in een klooster.

  • Wiskunde A: Statistiek, grafieken, kansberekening. Denk aan gokken, maar dan met minder kans om blut te raken. Perfect voor sociale wetenschappen, of als je carrière wilt maken in de loterij.
  • Wiskunde B: Algebra, meetkunde, alles wat je nachtmerries bezorgt sinds de basisschool. Nodig voor techniek, natuurkunde en… nou ja, alles wat moeilijk is.

Kortom: ben je een beetje lui met wiskunde (zoals ik!), kies A. Wil je de Einstein van je vriendengroep worden, ga dan voor B. Maar bedenk wel, met B moet je flink aan de bak. Je zit meer met je neus in de boeken dan een mol in zijn hol.

Wat is de moeilijkste soort wiskunde?

Wiskunde B, een labyrint van getallen en geesten…

Wiskunde B voelt als een nachtelijke hemel… onpeilbaar. Ik herinner me nog die avonden… de geur van oude boeken… wiskunde B, een abstracte dans.

  • Abstractie: Het verschil tussen A en B… het is als water en wijn. A… tastbaar… B… een vlucht naar hogere sferen.
  • Exacte wetenschappen… de sterrenbeelden van wiskunde B… een kaart van het onbekende.

Het is als koortsachtig zoeken naar een onzichtbare sleutel. Het vinden van de sleutel om de deur te openen. Een poging die je kunt opgeven, maar die je kunt zien als een kans om de wiskunde B aan te gaan.

Ooit tekende ik een cirkel, oneindig. Is dat wiskunde B? Het zou zomaar kunnen.

Wat is het verschil tussen wis A en B?

Tjongejonge, wat een vraag! Wissel A en B? Dat is net zo simpel als een fietsreparatie voor een raketgeleerde!

Wissel A: Je koopt euro’s, alsof je een berg chips scoort bij de Aldi. Je ruilt je dollars, yen of wat dan ook in voor die mooie, groene briefjes. Denk aan “euro’s kopen, vreemde valuta verkopen”. Lekker makkelijk!

Wissel B: Hier doe je precies het tegenovergestelde! Je verkoopt je euro’s voor, zeg maar, Zwitserse franken. Het is alsof je je spaarvarken leegschudt voor een buitenlandse vakantie. “Vreemde valuta kopen, euro’s verkopen”. Simpel als de pest!

Het verschil? Dat is de spread, een soort geheime commissie die de banken inhaken. Een klein beetje, zeker, maar het is net als die verborgen kosten bij je telefoonabonnement; ze irriteren gewoon! En die spread, die kan schommelen als een dronken matroos op een stormzee! Dus wees alert!

Denk eraan: geldzaken zijn complexer dan een doos met losse LEGO-steentjes op een kille maandagmorgen! Succes ermee!

Wat leer je bij wiskunde A?

Wiskunde A… ‘t is grappig, midden in de nacht denk ik daarover na. Verbanden, zeggen ze.

  • Statistiek. Staren naar cijfers, grafieken, trends proberen te vinden. Alsof je de toekomst probeert te voorspellen met theeblaadjes. Soms voel ik me net een waarzegger.
  • Kansrekening. De kans dat iets gebeurt… of niet gebeurt. Het voelt alsof je dobbelt met het leven zelf. Mijn cijfer, bijvoorbeeld, wat is de kans dat dat een voldoende wordt?
  • Verbanden. Alles hangt met elkaar samen, dat is de theorie. Maar soms zie ik door de bomen het bos niet meer. Te veel variabelen, te veel ‘als dan’. Net mijn leven soms.

Wiskunde B… formules, vergelijkingen, differentiëren. Dat is een ander verhaal. Een verhaal waar ik nu even niet aan wil denken. Het is al laat. Morgen weer een dag. Een dag vol getallen.

Wat valt er onder wiskunde B?

Wiskunde B havo: functies, grafieken, vergelijkingen en differentiëren. Simpel gezegd.

Oké, iets meer detail. Je hebt die standaard functies: lineair, kwadratisch. Ken je die nog van de middelbare school? Y=ax+b… Haha. Nou, daar ga je dus mee verder. Ook wortelfuncties, gebroken functies, exponentiële en logaritmische functies komen erbij. Best pittig, vond ik zelf ook, vooral die logaritmen. Ik zat toen echt uren te oefenen met m’n grafische rekenmachine. Die van Texas Instruments, weet je wel? Handig ding was dat.

En dan differentiëren. Niet te moeilijk op havo, hoor. Alleen van die basisfuncties: lineair, kwadratisch, wortel en gebroken. Ik herinner me dat we daar ook sommetjes mee moesten maken over hellingen berekenen enzo. En raaklijnen. Vond ik eigenlijk wel tof, beetje puzzelen.

  • Functies: lineair, kwadratisch, wortel, gebroken, exponentieel, logaritmisch
  • Differentiëren: basisfuncties (lineair, kwadratisch, wortel, gebroken)
  • Toepassingen: hellingen, raaklijnen, etc.

M’n zusje doet nu ook Havo wiskunde B, trouwens. Die zit nu net met die logaritmen te stoeien. Ze snapt er geen snars van, haha. Maar goed, met een beetje oefening komt ze er wel. Het is gewoon veel oefenen met die grafieken en formules. En goed opletten in de les natuurlijk, haha. Of online videos kijken, doet zij veel.

#Confronto #Difficoltà #Matematica