Hoeveel vragen cito eindtoets?

Cito-eindtoets: 165 of 140 vragen, afhankelijk van de versie

Het landelijke Cito-eindtoetsmoment nadert. Vanaf 18 april nemen circa 80.000 leerlingen van ruim 2700 Nederlandse basisscholen deel aan dit belangrijke examen, dat hun leerprestaties in taal en rekenen vastlegt. Maar hoeveel vragen moeten deze leerlingen beantwoorden? Het antwoord is afhankelijk van de versie van de toets: de papieren versie bevat 165 opgaven, terwijl de digitale variant er 140 bevat.

Deze verschillen in het aantal vragen, ondanks dat de inhoud en het niveau grotendeels gelijk zijn, zijn vooral gerelateerd aan de specifieke opbouw en de manier waarop de digitale versie de toetsvragen presenteert. Het is belangrijk dat leerlingen zich goed voorbereid voelen, ongeacht de versie waarmee ze geconfronteerd worden. De focus ligt op het meten van de algemene vaardigheden en de kennis opgedaan gedurende het basisonderwijs.

De opgaven zijn verdeeld over de domeinen taal en rekenen. De toets is een cruciaal onderdeel van het leerproces, die een belangrijke indicatie geeft van de ontwikkeling van de leerlingen. Naast de waarde voor de leerlingen zelf, is deze informatie cruciaal voor scholen, leraren en beleidsmakers om de effectiviteit van het onderwijs te kunnen evalueren en bij te sturen waar nodig.

De komende weken zullen de leerlingen zich intensief voorbereiden op deze belangrijke eindmeet. Een goede voorbereiding, gebaseerd op de geleerde basisvaardigheden, is cruciaal voor succes. Zowel voor leerlingen als voor de leerkrachten die ze begeleiden.