Hoeveel studenten stoppen met studie?

De bittere pil: de helft van de HU-studenten haakt af in het eerste jaar

De Hogeschool Utrecht (HU) kampt met een alarmerend hoog uitvalpercentage onder haar studenten. In het afgelopen academisch jaar (2022-2023) stopte maar liefst 44% van de voltijdstudenten voortijdig met hun studie. Dit betekent dat bijna de helft van de eerstejaars hun studie niet voltooit, een cijfer dat tot nadenken stemt en de vraag oproept: wat is er aan de hand?

Het opvallende is dat veel studenten pas na de terugbetaling van de helft van hun collegegeld besluiten te stoppen. Deze terugbetaling, die vaak rond de eerste tentamenperiode plaatsvindt, lijkt een kantelpunt te vormen. Het suggereert dat studenten tot dan toe misschien nog aarzelden, hoopten op verbetering, of simpelweg de financiële drempel wilden overwinnen. De terugbetaling biedt hen de mogelijkheid om zonder al te grote financiële schade een andere weg in te slaan.

Maar wat drijft studenten tot deze drastische beslissing? De oorzaken zijn complex en waarschijnlijk multifactorieel. Mogelijke factoren zijn:

• Onrealistische verwachtingen: De overgang van middelbare school naar het hoger onderwijs is een grote stap. Sommige studenten onderschatten de studielast, de zelfstandigheid die vereist is, of de intensiteit van de leerstof.
• Verkeerde studiekeuze: Een gebrek aan goede voorlichting of een onvoldoende zelfreflectie over eigen capaciteiten en interesses kan leiden tot een ongeschikte studiekeuze. De eerstejaarsperiode dient vaak als een confrontatie met de realiteit van de gekozen opleiding.
• Psychische problemen: Stress, angst en burn-out zijn steeds vaker voorkomende problemen onder studenten. De druk om te presteren, gecombineerd met een mogelijk ongezonde levensstijl, kan leiden tot een uitputting die het onmogelijk maakt om de studie voort te zetten.
• Financiële problemen: Hoewel de terugbetaling van collegegeld een rol lijkt te spelen, kunnen bredere financiële zorgen ook een belemmering vormen voor het succesvol afronden van de studie.

De hoge uitvalcijfers van de HU vragen om actie. De hogeschool moet zich afvragen hoe ze studenten beter kan begeleiden en ondersteunen. Verbeterde voorlichting, betere studiekeuzebegeleiding, meer aandacht voor mentale gezondheid en een sterkere focus op het creëren van een stimulerende leeromgeving zijn cruciaal. Ook het stimuleren van vroegtijdige signalering van studenten die worstelen, is van groot belang.

Het hoge uitvalpercentage is niet alleen een verlies voor de individuele student, maar ook voor de HU en de maatschappij. Een investering in studentbegeleiding en preventie is daarom een investering in de toekomst. De bittere pil van 44% uitval moet een wake-up call zijn voor zowel de HU als voor toekomstige studenten om proactief te werken aan een betere aansluiting tussen opleiding en student.