Hoe noem je oud-studenten?

De benaming voor oud-studenten: meer dan alleen een woord

Oud-studenten. Het klinkt zo algemeen, zo weinigzeggend. Er is een veel mooier, krachtiger woord dat de band met de onderwijsinstelling benadrukt en een gevoel van gedeelde geschiedenis oproept: alumni. Deze Latijnse term, meervoud van alumnus en alumna (respectievelijk mannelijk en vrouwelijk enkelvoud), omvat iedereen die een periode aan een onderwijsinstelling verbonden is geweest als student.

En dat is een belangrijk punt. Het gaat niet alleen om degenen die hun diploma met succes behaald hebben. Ook studenten die hun studie, om welke reden dan ook, niet hebben afgemaakt, behoren tot de alumnigemeenschap. Ze dragen immers ook een stukje van de identiteit van de instelling met zich mee. Ze hebben er kennis opgedaan, ervaringen gedeeld en banden gesmeed. Die gedeelde geschiedenis, die vormingsperiode, bindt hen, afgestudeerd of niet, aan de onderwijsinstelling en aan elkaar.

Het gebruik van de term “alumni” impliceert meer dan alleen een administratieve classificatie. Het suggereert een voortdurende verbinding, een netwerk van individuen die een gemeenschappelijke achtergrond delen. Deze verbinding kan zich uiten in mentorprogramma’s, reünies, of professionele samenwerkingen. Het alumni-netwerk kan een waardevolle bron zijn voor zowel de oud-studenten zelf als voor de onderwijsinstelling. Het biedt kansen voor persoonlijke en professionele groei, en draagt bij aan de levendigheid en reputatie van de instelling.

Dus, de volgende keer dat je spreekt over oud-studenten, denk dan eens aan het woord “alumni”. Het is meer dan alleen een benaming. Het is een erkenning van een gedeelde ervaring, een band die verder reikt dan de muren van de onderwijsinstelling. Het is een woord dat de kracht van verbinding en gedeelde geschiedenis benadrukt.