Hoe bereken je loonkosten per uur?

Loonkosten per uur: Meer dan alleen het bruto salaris

Het berekenen van de loonkosten per uur lijkt op het eerste gezicht eenvoudig: deel het bruto maandsalaris door het aantal gewerkte uren. Hoewel de basisformule (€5000 / 160 uur = €31,25 in het gegeven voorbeeld) een goed startpunt biedt, schuilt er achter de simpele deling een complexer verhaal. Het werkelijke loonkost per uur omvat namelijk veel meer dan enkel het salaris dat de werknemer op zijn loonstrook ziet.

De basis: Bruto salaris en gewerkte uren

De basisformule is, zoals gezegd, simpel. Om de loonkosten per uur te berekenen, begin je met het bruto maandsalaris, dus het salaris voor aftrek van belastingen en premies. Dit deel je vervolgens door het aantal gewerkte uren in die maand. Ga hierbij uit van het contractueel vastgelegde aantal uren. Voor een fulltime werknemer in Nederland is dit vaak 36, 38 of 40 uur per week, wat neerkomt op een maandelijks gemiddelde van ongeveer 152 tot 173 uur (afhankelijk van het specifieke aantal werkdagen en feestdagen in de maand).

De verborgen kosten: Meer dan alleen salaris

Het probleem is dat de simpele deling een vertekend beeld kan geven. De werkelijke loonkosten omvatten namelijk een reeks ‘verborgen’ kosten die niet direct zichtbaar zijn in het maandsalaris:

• Werkgeverslasten: Dit zijn kosten die de werkgever bovenop het bruto salaris betaalt, zoals:
  • Sociale premies: Denk aan premies voor de WW (werkloosheidsverzekering), WIA (Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen), ZW (ziektewet) en pensioen. Deze percentages kunnen aanzienlijk zijn en verschillen per sector en pensioenregeling.
  • Vakantiegeld: Wettelijk verplicht in Nederland, meestal uitbetaald in mei of juni.
  • Eindejaarsuitkering: (Indien van toepassing) Een extra uitkering aan het einde van het jaar.
• Secundaire arbeidsvoorwaarden: Dit zijn extra voordelen die een werkgever biedt, zoals:
  • Reiskostenvergoeding: Vergoeding voor woon-werkverkeer.
  • Opleidingsbudget: Budget voor trainingen en cursussen.
  • Telefoon van de zaak: Kosten van de telefoon en het abonnement.
  • Auto van de zaak: Kosten van de auto, inclusief brandstof, verzekering en onderhoud.
  • Collectieve ziektekostenverzekering: Bijdrage aan de ziektekostenverzekering.
• Indirecte kosten: Dit zijn kosten die niet direct aan de individuele werknemer zijn toe te wijzen, maar wel gerelateerd zijn aan het in dienst hebben van personeel:
  • Kosten van de HR-afdeling: Salarissen en overhead van de HR-afdeling die zich bezighoudt met personeelsadministratie, werving & selectie en salarisadministratie.
  • Kosten van de werkplek: Huur, energie, inrichting, etc.

Een realistischer beeld van de loonkosten per uur

Om een realistischer beeld te krijgen van de loonkosten per uur, is het noodzakelijk om al deze extra kosten mee te nemen in de berekening. Dit betekent dat je niet alleen het bruto salaris, maar ook alle werkgeverslasten, secundaire arbeidsvoorwaarden en een deel van de indirecte kosten moet optellen.

Een uitgebreidere formule:

(Bruto maandsalaris + Werkgeverslasten + Waarde secundaire arbeidsvoorwaarden + Aandeel indirecte kosten) / Aantal gewerkte uren = Loonkosten per uur

Conclusie

Het berekenen van de loonkosten per uur is essentieel voor een goed inzicht in de werkelijke kosten van personeel. Hoewel de basisformule een startpunt biedt, is het belangrijk om verder te kijken dan alleen het bruto salaris. Door alle verborgen kosten mee te nemen, krijg je een nauwkeuriger beeld van de totale loonkosten per uur, wat essentieel is voor een goede financiële planning en besluitvorming binnen een bedrijf. Dit inzicht stelt bedrijven in staat om prijzen realistischer te berekenen, budgetten beter te beheren en weloverwogen beslissingen te nemen over personeelsbeleid.