Is 30 kaas beter dan 48 kaas?

30 kaas tegenover 48 kaas? Pfff, wat een vraag! Alsof je me vraagt of ik mijn linker- of rechterhand liever kwijt wil. Het hangt er zó van af! Je weet wel, die ene keer op vakantie in Frankrijk, had ik die heerlijke Comté van 30 maanden… zo zacht, zo romig, echt een droom. Maar dan die oude cheddar, 48 maanden oud, die ik vorig jaar bij die kleine kaasboer in Amsterdam kocht… oh man, wat een smaakbom! Die was zó intens, zó complex, ik kon bijna de geschiedenis van die kaas proeven, weet je wel?

Dus ja, 30 tegen 48… wat is nu beter? Kun je die vraag wel stellen? Het is toch net als met mensen, sommigen zijn jong en fris, anderen hebben meer levenservaring, meer diepte. Beide zijn mooi, op hun eigen manier. Ik denk dat ik toch meer voor de 48 zou kiezen, meestal dan. Want die intense smaak, die rijping… dat spreek me gewoon meer aan. Maar er zijn zeker uitzonderingen, hoor! En dan denk ik meteen aan die zachte Comté… zucht.

Eigenlijk zegt een getal als 30 of 48 maanden helemaal niet zo veel. Het is meer zo’n vuistregel, toch? Want, het hangt af van het soort kaas natuurlijk. Een 30 maanden oude jonge geitenkaas is heel anders dan een 30 maanden oude Parmezaan. En weet je wat? Het is gewoon: proeven, proeven, proeven! Dat is de enige echte test. Want uiteindelijk, is het toch allemaal puur subjectief? Wat vind jij lekker? Dat is de enige vraag die er echt toe doet.