Hoeveel sneetjes brood in een biertje?

Hoeveel brood zit er in een biertje? Een onmogelijke vraag, of toch niet?

Het klinkt als een grappige vraag, maar als je er goed over nadenkt, is de vraag “Hoeveel sneetjes brood zitten er in een biertje?” eigenlijk niet te beantwoorden met een nauwkeurig getal. Het is een vergelijking die niet op een duidelijke, wetenschappelijke manier kan worden vastgelegd. Het hangt namelijk af van een heleboel variabelen.

Net als bij de vergelijking “een berg zand, hoeveel schepjes nodig?” is de cruciale factor de variabelen. In het geval van het biertje en het brood zijn dat:

• De dikte van het sneetje brood: Een dik sneetje zal meer ‘volume’ innemen dan een dun sneetje, en dus meer of minder van het biertje ‘opvullen’.
• De grootte en het type biertje: Een groter flesje of een groter glas heeft meer ruimte voor broodresten dan een kleinere. Ook het type biertje (bv. een stout versus een lageralcoholisch biertje) kan een klein verschil maken.
• De hoeveelheid broodresten: “Broodresten” in dit geval, zijn natuurlijk de fragmenten brood die in een biertje zouden kunnen drijven. De hoeveelheid van deze resten, die er per definitie altijd zijn (en dus niet meetellen) is relevant.

De bewering dat een biertje ‘ongeveer voldoende brood voor twee sneetjes’ bevat, is een grove schatting. Het is een anekdotisch beeld, en geen precieze meting.

In plaats van een exact antwoord, kun je het verhaal beter ombuigen naar de metafoor van het biertje. Misschien is het doel van de vraag om de hoeveelheid bier te relateren aan de dagelijkse consumptie van brood, of om het idee van ‘brood in een biertje’ te benadrukken.

Kortom: de vraag “Hoeveel sneetjes brood in een biertje?” is op zich geen zinvolle vraag met een meetbaar antwoord. Het is eerder een grappige, of misschien filosofische, vergelijking, die de complexiteit van het verband tussen ons eten en drinken benadrukt.